In het kort
Op een wat ongebruikelijke manier ben ik in het wetenschappelijk onderzoek gerold. Je zou mij grotendeels een autodidact kunnen noemen. In 1998 introduceerde onze collega en oud docent manuele therapie Henk Mohr ons in het werk van dr. Heiner Biedermann. Hij liet ons zien hoe asymmetrische zuigelingen succesvol met manuele therapie gediagnosticeerd en behandeld konden worden. Spoedig na de eerste kennismaking raakte ik samen met collegae Peter Theunissen en Bé van der Woude betrokken bij het werk van Henk Mohr om vervolgens deze onderzoeks en manueeltherapeutische vaardigheden in Nederland te gaan doceren. Dit werd ons door veel beroepsgenoten incluis aanvankelijk alle beroepsverenigingen bepaald niet in dank afgenomen. Over de exacte reden hiertoe tasten wij tot op de dag van vandaag in het duister. Naar onze beleving voeg-(d)en wij wat moois toe aan de manuele therapie in Nederland en voor onze patiënten. In 2005 werd het ons na vernietigende kritiek (1) op ons werk duidelijk dat er meer wetenschappelijke onderbouwing voor ons werk moest komen. Dit leidde tot een lange zoektocht langs de artikelen die er over dit onderwerp waren verschenen. We slaagden erin onze bevindingen te publiceren (2-7). Echter hiermee was er nog geen begin van wetenschappelijk bewijs voor ons handelen.
Aan dit bewijs begonnen we te bouwen met het opzetten van een wetenschappelijk onderzoek naar de gangbare praktijk van het onderzoek en behandeling van asymmetrische zuigelingen in Nederland door Manueel Therapeuten. Dankzij de welwillende medewerking van Prof. dr. Rob de Bie kon ik samen met collegae Bé van der Woude dit onderzoek tussen 2005 en 2007 uitvoeren. Dat publicatie van de bevindingen 10 jaar op zich zou laten wachten konden we destijds niet bevroeden. Na een opmerkelijk verlopen peer review process zijn we er begin 2018! erin geslaagd om onze bevindingen te publiceren (8). Na 2014 werd onze doelgroep eindelijk herkend en erkend door onze beroepsvereniging de Nederlandse vereniging voor Manuele Therapie (NVMT) en die van de kinderfysiotherapeuten (NVFK). Hierdoor vielen we sindsdien binnen de beroepscompetentieprofielen van deze beroepsverenigingen. Ook slaagden we er in 2016 in om een aantal fact sheets te publiceren met daarin verzameld alles wat tot op heden in de wetenschappelijke literatuur bekend is inzake onderzoek en behandeling van zuigelingen en kinderen door manueel therapeuten (9-12) (state of art). Deze fact sheets zijn tot stand gekomen met subsidie van de NVMT en met de welwillende medewerking en inzet van Prof. dr. Maria Nijhuis, van der Sanden, Prof. dr. Rob de Bie en collega Femke Driehuis MSc.
In 2017 en 2018 hebben we (wederom met subsidie) een vergelijkend onderzoek kunnen uitvoeren onder 36 asymmetrische zuigelingen (interbeoordelaarbetrouwbaarheids onderzoek). Met 3 kinder-manueeltherapeut hebben we deze zuigelingen onafhankelijk van elkaar door 2 verschillende kinder-manueeltherapeuten laten onderzoek (geblindeerd dus zonder dat ze de uitslag van het onderzoek van elkaar wisten). De resultaten van dit onderzoek worden naar verwachting binnen enkele maanden gepubliceerd in een internationaal wetenschappelijk tijdschrift.
Na afronding van dit proces ligt er een mogelijkheid voor een effectonderzoek. We zijn de opzet van dit onderzoek aan het bedenken en uitwerken.
1 | Brand P, Engelbert R, Helders P, Offringa M. Systematisch literatuuronderzoek naar de effecten van behandeling bij zuigelingen met kopgewrichteninvloed bij storingen in de symmetrie (KISS-syndroom). NTvG. 26 maart 2005;703-707. |
---|---|
2 | Saedt E, BH Wvd, Theunissen P. Systematic review of the effects of therapy in infants with the KISS-syndrome (kinetic imbalance due to suboccipital strain). Nederlands tijdschrift voor geneeskunde. 2005;149(22):1238-9; author reply 9. |
3 | Saedt E, Woude van der B, Schambergen T. KISS in Nederland - The state of art. Tijdschr v Man Therapie. 2005;5-1:30-6. |
4 | Saedt EWBvd. KISS in Nederland. Ned Tijdschrift voor Manuele Therapie. 2008. |
5 | Saedt E, Woude van der B. Statusrapport om KISS i Nederland. Muskel & Skjelett. 2009; 2:18-24. |
6 | Saedt EWBvd. Discussie in NTvG nav. artikel Holla. NTvG. 2009. |
7 | Saedt E, Woude van der B, Schamberger T. KISS in den Niederlanden. Manuelle Therapie. 2010;14:7-13. |
8 | Saedt E, Driehuis F, Hoogeboom TJ, van der Woude BH, de Bie RA, Nijhuis-van der Sanden MWG. Common Manual Therapy Practices in the Netherlands for Infants With Upper Cervical Dysfunction: A Prospective Cohort Study. Journal of manipulative and physiological therapeutics. 2018;41(1):52-61. |
9 | Driehuis F. Nijhuis-van der Sanden MWG, Factsheet manuele therapie bij zuigelingen (0-1 jaar) (behandeling). 2016(NVMT). |
10 | Driehuis F. Nijhuis-van der Sanden MWG, Saedt E., Woude B. v.d., Bie R. de. Fact sheet manuele therapie bij zuigelingen 0 - 1 jaar (diagnostiek). 2016. |
11 | Driehuis F. Nijhuis-van der Sanden MWG, Saedt E., Woude B. v.d., Bie R. de. Factsheet Manuele Therapie - Diagnostiek bij kinderen.pdf. 2016. |
12 | Driehuis F. Nijhuis-van der Sanden MWG, Saedt E., Woude B. v.d., Bie R. de. Factsheet Manuele Therapie - Behandeling van kinderen.pdf. 2016. |